Waarom moeilijk doen als het samen kan?

Gastschrijver
24 mrt 2017

Edward…Edward…!

De laatste keer dat iemand bij mijn geboortenaam riep was toen mijn eerste vriendinnetje het uitmaakte. Edward… zei ze met een klein gebroken stemmetje. The rest is history…

Of toen ik en mijn broertje ruzie maakten als kind. Edward, naar je kamer! Waarschijnlijk is de eerstvolgende keer dat iemand mij weer zo aanspreekt op mijn trouwdag.

Het gaat altijd om situaties met een bepaalde urgentie. Met een zekere echtheid. Situaties waarbij je even helemaal in het hier en nu bent.

Preach what you practise…

Afgelopen vrijdag liep ik naar mijn slaapkamer. Ik was ready om voor de 310e dag op rij te mediteren. Ik deed mijn oordopjes in en… Opeens werd ik gróf onderbroken.

Edward…??

Ik stond aan de grond genageld. Daar hoorde ik het weer. En ik was nog niet getrouwd. Dat wist ik zeker. Ik draaide mij om. Edward..??

Ik kalmeerde. Het was mijn kleine neefje die bleef logeren. Een van de weinige die mij bij mijn echte naam noemt. Hij keek een film over droom-locomotieven en had een vraag. Dit keer leek de urgentie mee te vallen.

“Wat doe jij eigenlijk voor werk?”

Ik had het gevoel dat ik schaakmat stond. Ineens viel het helemaal niet meer mee..! De verhalenverteller die zijn verhaal moest vertellen. Ik ontdekte het lek bij de loodgieter. De schilder waarbij de verf van de muur bladdert. Of zoals die socialmedia professional met 0 likes op zijn page…

Het verhaal van de verhalenverteller

Waar begin ik? Hoe leg ik uit wat ik doe? Hoe vertel ik überhaupt mijn verhaal? En uitgerekend aan een kind van negen? De urgentie was hoger dan ooit.

Ik vertraagde even om te kunnen versnellen. Ik dacht heel diep na. Zo diep, dat ik bijna de weg naar boven niet meer kon vinden.

Edward……??

Ineens schoot er een les door mij heen die ik leerde tijdens mijn opleiding Spreken met Impact. Fantastisch!

“Om mensen betrokken te krijgen bij een onbekend onderwerp moet je eerst aandacht schenken aan zaken die ze al kennen.”

Ineens herinnerde ik mij die perfecte metafoor die ik maakte tijdens de les Sticky Stories. Nu kon ik die kleine jongen uitleggen wat ik deed.

“Seth?” Zei ik. “Ja?” Zei Seth. Ik wil je een verhaaltje vertellen over een vis… maar dan moet je wel eerst je pyjama aan en in je mandje gaan liggen. En daarna meteen slapen. Hij knikte. Niet veel later las ik hem voor uit eigen werk…

Een vis die niet weet wat water is

Hoe gaat het met je? Vroeg ik aan de vis. Ik heb het gevoel dat ik maar wat doe. Hoe kan ik me onderscheiden van alle andere dieren? Van de meeuw in de lucht? Van de koe op het land? Wat ben ik eigenlijk? En wie..?

Weet je wat water is? Vroeg ik aan de vis. Hij keek mij met grote glazige ogen aan.

Géén idee had hij…

Logisch ook. Want hoe kun je iets waarnemen als je er pal bovenop zit?

Ga je mee? Ik wil je iets laten zien. De vis ging mee op reis. Ik nam hem mee naar de kust. Hij had nog nooit een kust gezien. Wel eens iemand ge-kust, maar dat was volgens hem wat anders. De vis keek uit over de groene vallei. Alles wat hij zag was nieuw. Er is nog iets vis, zei ik.

Draai je eens om?

Zijn mond viel open en ging bijna niet meer dicht. Wat is dat? Vroeg de vis totaal verbijsterd.

Dat is de zee zei ik. Het is allemaal water. Het water waardoor jij de vis bent. Waardoor je geen vogel bent. Of een leeuw, of een vlinder. De vis was het enige dier dat niet wist wat water was.

Hij begon te grijnzen. Dit keer stelde de vis mij een vraag;

Wat als we allemaal ontdekken wat ons water is?
Wat als we allemaal mogen ontdekken wat er is?

Vol energie dook de vis weer het water in. Hij zwom met meer plezier dan ooit, en wist wat zijn bijdrage was aan de ‘o zo grote oceaan. Ik leerde de vis dat hij hoorde bij de zee. Net zoals de wolken bij de regen horen, of de koeien bij de wei. Hij leerde ervan te houden.

Alleen ga je sneller, samen kom je verder

Wat als we allemaal weten waar we goed in zijn? Waar wij andere mensen mee kunnen helpen? “Dat doe ik voor werk Seth; Mensen laten zien wat ze kunnen en wie ze zijn.” Zei ik.

Ik keek om. Kleine Seth sliep al. Zou hij er iets van begrepen hebben? Ik bewoog mij zachtjes vooruit. Rustig. Een beetje in gedachten verzonken.

“Vanaf een afstand kom je dichtbij je verhaal.”

Volgens mij moeten we wat vaker spiegelen. Gewoon ons verhaal vertellen. Zelfs als we niet weten wat ons verhaal is. Één klein neefje kan al voldoende zijn. Iemand die de juiste vragen stelt en vervolgens één en ál oor is. Ookal eindigt het rechter oor op het kussen, en alle gedachten bij die ene mooie droom-locomotief…

Bright day,
Eddy

P.S. Dit is trouwens de opleiding die ik volg: www.greatcommunicators.nl/spreken-met-impact/